Regelmatig spreek ik met makers over het aanvragen van subsidie. Een onderwerp wat vaak nogal wat oproept. Soms hebben mensen er zelf ervaring mee, maar minstens zo vaak roepen ze gewoon na wat ze van anderen hebben gehoord.
Er is de afgelopen jaren best veel veranderd in subsidieland. Ten goede. Maar dat is nog niet tot iedereen doorgedrongen. En dus blijven bepaalde vooroordelen rondzingen.
De afgelopen tijd heb ik verschillende makers gecoacht bij het aanvragen van subsidies. Soms individueel, maar ook in de masterclass die ik recent gaf. En ik merk dat sommigen vooraf best sceptisch zijn. Hoog tijd dus om wat vooroordelen uit de wereld te helpen.
- Je krijgt altijd minder dan je aanvraagt
Toegegeven: dit was vroeger vaak het geval. En ook nu zie ik het nog wel eens gebeuren. Maar wel steeds minder vaak. Fair practice staat ook bij veel fondsen en overheden hoog op de agenda.
De laatste jaren zie ik dat er bij de beoordeling van aanvragen juist regelmatig kritische opmerkingen worden gemaakt als honoraria te laag zijn. De meeste (helaas niet alle!) fondsen geven bij een positief oordeel gewoon het gevraagde bedrag.
- Fondsen hebben weinig verstand van de inhoud
Er zijn in Nederland honderden fondsen actief, variërend van klein tot heel groot. Sommigen geven bijdragen aan een zeer specifiek doel. Anderen (vaak regionale fondsen) hebben een brede insteek en dragen bij aan zowel een voorstelling van een lokale maker als de nieuwe kostuums van de plaatselijke scouting.
Bij de fondsen die specifiek op bijvoorbeeld film of muziek gericht zijn, is over het algemeen veel kennis aanwezig. Bij kleinere fondsen met een brede doelstelling kan het inderdaad voorkomen dat degene die je aanvraag leest geen specialist is.
- Als je subsidie krijgt, geef je je plan uit handen
Het is verleidelijk om tijdens het lezen van een aanvraag op de stoel van de maker te gaan zitten. Maar uiteindelijk beoordelen fondsen of het plan dat er ligt past binnen hun doelstellingen. Soms geven ze inhoudelijke feedback of advies, maar uiteindelijk bepaal jij wat je daarmee doet. Wel kunnen fondsen voorwaarden verbinden aan hun toekenning.
- Er is alleen geld voor dingen waar veel publiek op af komt
Een subsidiegever wil zijn geld zo zorgvuldig mogelijk uitgeven. Dus als jij niet aannemelijk kunt maken dat er publiek is voor je werk, wordt het lastig om geld te krijgen. Maar dat wordt altijd beoordeeld binnen de context van het project.
Een groot festival trekt meer mensen dan een kleinschalige tentoonstelling voor een niche-publiek. Dat is okay. Zo lang je maar kunt laten zien dat je aandacht hebt voor het bereiken van de juiste mensen.
